Sportprogramma’s met een originele invalshoek zijn dun gezaaid. Vroeger had je FC Avondrood, dat werd opgevolgd door Voetbal ’80. Later kwam
Hollands Sport en tegenwoordig is Bureau Sport het origineelste sportprogramma van de Nederlandse televisie. Kenmerkend voor dit laatste programma is dat clichés keihard worden afgestraft en details soms tot hoofdzaken worden opgeblazen. Daarnaast worden mysteries en mythen in de sport ontrafeld. De presentatoren Erik Dijkstra en Frank Evenblij zijn nauwelijks geïnteresseerd in topprestaties of het breken van records. Het gaat hen vooral om de mens achter de sporter. Over de achtergronden bij dit programma hebben zij een boek geschreven met de gelijknamige titel Bureau Sport.
Het boek –genomineerd voor Sportboek van het Jaar 2014- bevat mooie interviews met o.a. Ben Johnson , Christo Stoitsjkov en Freek de Jonge. Op vrijwel elke bladzijde staat een scherp citaat of een mooie foto. Freek de Jonge over het WK van 1990 dat voor Nederland op een fiasco uitliep: “Achteraf heb ik gedacht; ik had Nederland wereldkampioen moeten maken. Leo verwachtte dat van mij”.
Vast onderdeel in het boek is de verhoorwagen, waar een sporter verantwoording moet afleggen over een cruciaal moment in zijn carrière. Zo krijgt Jan Jongbloed na het zien van de doelpunten in de finale tegen West-Duitsland, waarin de doelman niet naar de hoek dook, de vraag voorgeschoteld of hij misschien bang was voor een vies broekje, terwijl er een wereldtitel op het spel stond.
Youp van ’t Hek schrijft verschillende columns (“De finale der finales. WK ’74. Potje tegen de buren”) en van zijn hand is een verhandeling over de belangrijkste bijzaken in de sport opgenomen.
Bureau Sport is een heerlijk boek voor de sportliefhebber die oog heeft voor het verhaal achter de sporter en er geen bezwaar tegen heeft dat de beslissende momenten uit iemands sportcarrière met humor en relativeringsvermogen tegen het licht worden gehouden.