Paul Murray begint Skippy tussen de sterren met de dood van Skippy.
Levensgevaarlijk om je boek te beginnen met de dood van je hoofdpersoon, maar na dit daverende einde, begint een magistraal verhaal over een herfstig semester aan een kostschool in Dublin.
Een verhaal vol verliefdheid, drugs, sex, drugs voor sex, maniakale leerlingen, uitstervende priesters, twijfelende leraren, een megalomane plaatsvervangende rector, een uit de hand lopend schoolfeest en nog veel meer.
Alles wordt door Murray strak in de hand gehouden waarbij hij ons ook nog trakteert op humoristische scènes en rake typeringen. Er valt niks af te dingen op dit lijvige boek, of het moet zijn dat het na 664 pagina’s uit is.
Een paar personages:
Skippy is de bijnaam van Daniel Juster, een verlegen puber die zijn tijd doodt met een computergame en het slikken van ritalin en andere pillen om de dagelijkse sleur op school te kunnen verdragen. Hij zit intern en begint pas op te leven als hij over de muur een meisje van de naburige meisjeskostschool met een frisbee in de weer ziet.
Ruprecht is de supernerd die in de kelder levensgevaarlijke experimenten uitvoert, gefascineerd als hij is door de M-theorie van Tamashi. Niemand weet waar de M voor staat maar het heeft in ieder geval iets te maken met een elfde dimensie in de kosmos.
Howard is leraar geschiedenis en heeft als leerling zelf op deze kostschool gezeten. Hij begint vreselijk aan zijn leven te twijfelen wat een collega van hem doet verzuchten dat hij de enige kerel is die hij kent, die rechtstreeks van zijn puberteit in een midlifecrisis terechtkomt. Dan verschijnt een nieuwe lerares aardrijkskunde.
Dennis is een klasgenoot van Skippy, volleerd cynicus die alle conversatie ondermijnd met vlijmscherp commentaar. Lijkt na een experiment van Ruprecht een ander mens te zijn.
Laat je meeslepen met Murray’s personages in dit schitterende boek voor heel lang leesplezier.
Hieronder een fragment waarin de schrijver voorleest:
[youtube=http://www.youtube.com/watch?v=fD3xbGhtSZQ]