Why the Dutch are different is de oorspronkelijke titel. In het Nederlands heet het boek Going Dutch. Beetje merkwaardig deze “vertaling”. Net als alle uitdrukkingen in het Engels waarin het woord Dutch voor komt, is dit niet positief bedoeld. Terwijl Ben Coates in zijn verwondering over ons volkje, juist wel een positieve blik heeft.
Jaren geleden, op zijn terugreis naar Engeland, strandt hij op Schiphol. Hij zoekt contact met de enige Nederlandse die hij kent, een mager meisje (zo noemt hij haar het hele boek door :-). Bij haar blijft hij slapen om nooit meer weg te gaan. Hij burgert flink in en krijgt het idee om te schrijven over zijn nieuwe vaderland. Coates reist het land door en lardeert zijn ervaringen met zijn kennis over de geschiedenis van de Lage Landen.
Hij stort zich in het carnaval, gekleed in een tijgerpak. Als cultureel antropoloog doet hij in een dag Maastricht, Eindhoven en Breda aan. Verbaast zich over het enorme gezuip, maar vertelt tegelijk over de scheiding tussen het katholieke zuiden en het protestante noorden.
Hij ziet de verzuiling als basis voor ons poldermodel. De eeuwenlange strijd tegen het water als reden van onze weinig warme relatie met de natuur, wat hij illustreert met het verhaal over zijn nieuwe buurman. Die gaat op de eerste dag de prachtige tuin met een kettingzaag te lijf, om het daarna van voor naar achter te betegelen en vol trots tegen Coates zegt: “Mooi hè?”. De natuur moeten we beheersen, wil hij maar zeggen.
Hij ziet in de laatste vijf jaar het vrije Nederland veranderen, al vindt hij het nog steeds het meest tolerante land van Europa. Wel worden we aan alle kanten ingehaald door landen die het homohuwelijk invoeren en marihuana legaliseren. Dat we het vieste land van Europa zijn vindt hij een goed bewaard geheim.
Going Dutch is een lekker leesbaar verslag van een buitenstaander die kritisch is maar tegelijk met verwondering en bewondering kijkt naar dit langste volk van de wereld (dankzij onze grote melkconsumptie).