Een blog schrijven over de “klassieke detective” vraagt allereerst een omschrijving van het begrip. Centraal staat de puzzel die door een briljante detective opgelost wordt en de minder briljante lezer doet verzuchten “dat ik dat niet heb gezien”. Daarnaast is er minstens één lijk dat niet op een Mo Hayder of Karin Slaughter manier om het leven is gebracht. Gewoon vermoord zonder ingewanden over de pagina’s. Om het echt klassiek te maken is de sfeer in het verhaal van groot belang. Het liefst zakt de lezer weg in een nostalgie waarin alles overzichtelijk is. Is Mo Hayder een stad, dan is de klassieke detective een dorp.
Sophie Hannah kreeg permissie van de erven Agatha Christie Hercule Poirot nieuw leven in te blazen. Zo mocht eerder Anthony Horowitz Sherlock Holmes in een allerlaatste avontuur terug laten komen. Zijn Het huis van zijde is bijzonder geslaagd, vooral door de sfeer en het plot dat rond kindermisbruik is gesmeed. Een gegeven dat je niet tegen komt in klassieke detectives. Zijn boek maakte me nieuwsgierig naar Hannah’s poging.
De Monogrammoorden draait om de vondst van drie lijken in een Londens hotel en een oude geschiedenis in een dorp. Poirot is met pensioen maar zijn grijze cellen nog lang niet. Hij wordt bij het onderzoek betrokken door inspecteur Catchpool van Scotland Yard. Naast de briljante Poirot blijkt Catchpool een onzekere speurder die voortdurend sporen verkeerd interpreteert. Tenminste volgens Poirot, die hem er voortdurend op wijst zijn eigen grijze cellen beter te gebruiken. Je krijgt al lezend de neiging om die onuitstaanbare, betweterige Poirot aan zijn krulsnor te trekken en hem lekker modern een eikel te noemen.
De Monogrammoorden is minder briljant dan de reanimatie van Horowitz van een klassieke detective. Dat komt doordat Sherlock Holmes altijd al interessanter was dan Hercule Poirot en Horowitz een betere schrijver is. Hannah heeft wel een lekkere klassieke detective geschreven en voor liefhebbers van Agatha Christie een mustread, ondanks een behoorlijk ingewikkelde afwikkeling van het plot. Zelfs Poirot heeft daar een fiks aantal pagina’s voor nodig.
Eigenlijk is al het bovenstaande een excuus om aandacht te besteden aan het vijfde deel van Alan Bradley’s serie rond Flavia de Luce. Per slot van rekening heb ik al drie keer geblogd over Flavia, dus eigenlijk weten jullie het nu wel hoe het zit met haar.
Slotakkoord voor een moord is een klassieke detective geschreven door een moderne Canadees met gevoel voor humor. Flavia is 11 jaar, chemisch laborante, onbezoldigd detective en een plaag voor haar oudere zussen. Samen met hun vader wonen ze op een vervallen landgoed, ergens in Engeland in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Moeder Harriët is jaren geleden verdwenen op een reis naar de Himalaya. In de buurt van Flavia is regelmatig een lijk te vinden en op haar onnavolgbare wijze weet ze elke keer uit te vogelen wie het gedaan heeft.
In Slotakkoord voor een moord geeft Bradley Flavia meer psychologische diepgang en dat komt de serie alleen maar ten goede. Dit vijfde deel is weer een feest om te lezen. Maar goed, dat is niet erg objectief. Ik ben een groot fan van Flavia en word erg blij elke keer als ze erop uit trekt op Gladys, haar stalen tweewieler. Haar avonturen zullen niet ieders cup of tea zijn, maar Bradley heeft met deze reeks een echte moderne klassieke detective neergezet.