We hebben in Nederland al een aangename hoeveelheid schrijvers met een Marokkaanse achtergrond en na lezing van het debuut van Mano Bouzamour mogen we hopen dat er nog veel meer komen.
De eerste zin van De belofte van Pisa geeft direct aan dat je een bruisend, levendig en eigengereid boek te maken hebt:
Moeder Maria vol genade, ik ben aangenomen op het Hervormd Lyceum Zuid, godverdomme hé.
Sam is degene die aangenomen is op een verder volledig witte school. De enige Marokkaan die er rondloopt is de schoonmaker. Tijdens het gesprek met de rector laat deze weten dat er nog een Marokkaanse jongen op school zit, maar die doet eindexamen, dus gaat er eentje weg en komt er eentje terug, aldus de droge constatering van de man.
Na dit gesprek gaan Sam, zijn broer en diens beste vriend Soesi naar IJssalon Pisa waar Sam zijn belofte doet om het lyceum af te maken. Het verhaal gaat over deze jaren, springt zo nu en dan terug in de tijd, maar vooral over een jongen tussen twee culturen. Thuis, waar zijn conservatieve ouders al lang bedacht hebben hoe zijn leven eruit zou moeten zien. Buiten, waar criminaliteit en blowende en onverschillige jongens zijn pad kruisen. Zijn 10 jaar oudere broer gaat voor langere tijd de bak in en daarmee komt Sam alleen te staan. Het boek gaat over hoe hij het redt al die jaren.
Met veel humor, vooroordelen en een voorzichtige liefde raast Bouzamour door een jeugd die misschien wel wat op de zijne lijkt. Hij heeft uit Marokkaanse hoek veel kritiek over zich heen gekregen, maar dat kreeg Robert Vuijsje met zijn Alleen maar nette mensen uit Surinaamse hoek. Een stevige discussie over fictie is nooit weg, vooral niet als mensen geen onderscheid maken tussen fictie en de werkelijkheid. Of de schrijver verwarren met de hoofdpersoon. Droevig alleen dat de kritiek veel verder ging dan alleen maar woorden. Hopelijk trekt Bouzamour zich er niet te veel van aan. Van hem wil ik graag meer lezen.
Iets voor WelkBoek Robert? Welkboek.nl
Groet,
Els
Om het daar op te zetten? Zeker. Ga ik doen 🙂