Zelfs het beroerdste uur van je leven duurt maar zestig minuten. Dat is een van de prachtige zinnen in deze nieuwe thriller van Michael Robotham. Het is niet het enige juweeltje van de Australische schrijver, die zich wat mij betreft revancheert met De andere vrouw voor zijn vorige boek Verwachting.
Dat komt vooral door de terugkeer van Joe O’Loughlin, een van mijn favoriete personages in boekenland. O’Loughlin is klinisch psycholoog en in de greep van de ziekte van Parkinson. Dit negende deel rond hem is wederom een genot om te lezen met zijn subtiele humor en aandacht voor de personages.
De vader van O’Loughlin ligt in coma na een gewelddadige aanval in zijn woning in Londen. Die vader, William, is een gerenommeerd chirurg en al zestig jaar getrouwd met zijn moeder. Groot is dan ook Joe’s verbazing dat er naast het ziekenhuisbed een vrouw zit die zegt al twintig jaar getrouwd te zijn met zijn vader.
Wat volgt is meer een psychologische roman met speurzin, dan een recht toe recht aan thriller. De spanning zit vooral in de ontrafeling van het dubbele leven van William en de fouten in het verleden die blootgelegd wordt.
Mooi is ook de schets van de verhouding tussen vader en zoon. Joe voelt zich miskend door zijn vader, omdat hij de mannelijke lijn van vooraanstaande chirurgen heeft doorbroken met zijn keus voor een studie psychologie.
Daar tussendoor speelt het gezinsleven van Joe een belangrijke rol, vooral zijn relatie met zijn dochters na het overlijden van zijn vrouw. Alle drie proberen op hun eigen manier dit verlies te verwerken.
Ontroerend is de scene als het Joe eindelijk lukt om hierover met zijn jongste dochter te praten. Toepasselijk hierbij is een andere zin uit het boek. Zonder duisternis kun je het licht niet op waarde schatten.
Joe O’Loughlin is terug en dat is goed nieuws.